Fijn artikel in Ardea, al zeg ik het zelf, over de broedecologie van het zo mooie paapje in enkele Drentse broedgebieden, samen met Willem van Manen van Sovon Vogelonderzoek Nederland. Hoe leeft het dier in natuurgebieden? Als leuke bijvangst ontdekten we dat de legdatum niet vervroegd is de afgelopen halve eeuw -in tegenstelling tot bij een heleboel andere zangvogels. En waarom is i zo veel zeldzamer dan de verwante roodborsttapuit?
Nachtegalen zijn algemene broedvogels van de Nederlandse duinen en befaamd door hun prachtige zang. Gek genoeg is van hun doen en laten in de broedtijd maar weinig bekend, in tegenstelling tot van hun zang. Vermoedelijk speelt de lastige zichtbaarheid van deze prachtige vogels een grote rol, om van de nog lastiger te vinden nesten maar te zwijgen! Eens te meer redenen om roodstaartige nachtegalen onder de leop te legge, gefinancierd door Dunea. In dit nieuwe artikel in Limosa ga ik in op de broedbiologie aan de hand van 29 gevonden nesten -dat was hard werken!
Een tijdje geleden kwam Lieke Jongbloed van De Telegraaf langs in de mooie duinen van Meijendel. Maarten Werink van opdrachtgever Dunea en ik hebben het tjiftjaf-fitis project uit de doeken gedaan -leuk stuk geworden! Volgend jaar verder.
Jonge koekoeken wordt een onstilbare honger toegedicht, waardoor gastouders veel meer voedsel moeten aanslepen dan bij een broedsel van hun eigen jongen -zo gaat het verhaal. Maar is dat wel waar? In een net uitgekomen artikel in Ardea laat ik zien dat een jonge ‘graspieperkoekoek’ niet meer, maar juist minder vaak wordt gevoerd dan een broedsel graspiepers! En toch wordt hij zwaarder: hoe kan dat?
Leuk interview op vogelskijken.nl over de relatie tussen vogels & mij. Glorieuze momenten en De Toekomst. Leuk om te doen en te bedenken hoe belangrijk & hoe gaaf vogels zijn! Mooi werk, Bouke ten Cate.
Wat een ongelofelijke verrassing en een dito eer! Op de Landelijke Dag van Sovon Vogelonderzoek Nederland en de NOU werd mij de Herman Klompprijs 2022 uitgereikt voor mijn werk aan insectenetende vogels. Nog steeds flabbergasted!
“Eens in de drie jaar kennen Vogelbescherming, de NOU en Sovon de Herman Klompprijs toe aan een vogelonderzoeker die zich bijzonder verdienstelijk heeft gemaakt voor de Nederlandse veldornithologie. De prijs is ooit vooral ingesteld als aanmoediging voor jonge onderzoekers, maar is in de loop der jaren meer een oeuvreprijs geworden voor onderzoekers met een langere staat van dienst. Omdat Herman Klomp ook een groot pleitbezorger was voor vogelbescherming, hebben publicaties die bijdragen aan de bescherming van vogels voor de toekenning van deze prijs een extra waarde. (…)
De jury, bestaande uit vertegenwoordigers van Sovon, Vogelbescherming en de NOU, heeft als winnaar van de Herman Klompprijs 2022 gekozen voor Herman van Oosten. Herman van Oosten doet onderzoek naar de ecologische interacties tussen insectenetende zangvogels en hun voedsel. Hierbij kruipt hij – geheel in de geest van Herman Klomp – zoveel mogelijk in de huid van één enkele vogelsoort. Zoals de tapuit, die als Nederlandse broedvogel op het randje van uitsterven staat. Die focus leidt niet tot alleen tot versmalling, maar juist ook tot verbreding, omdat de ecologie van een soorten niet in isolatie kan worden begrepen en vergelijking met andere soorten veel inzicht geeft.”
Lees het hele bericht op de site van Vogelbescherming Nederland!
Blauwborsten zijn prachtige zangvogels en sterk toegenomen sinds de jaren ’70. Gek genoeg is van hun broedbiologie maar weinig bekend en daarom is mijn recente artikel in Limosa zo aardig! Wat voeren volwassen blauwborsten aan hun jongen en verschilt dat van andere insecteneters in het duin?
Naar aanleiding van mijn recente artikel over hongerlijdende roodborsttapuiten, schreef Koos Dijksterhuis op 9 juni in dagblad Trouw over deze ‘kleine tapuiten’. Een helder verhaal.
Zoals collega Joost Vogels schreef: ‘Genoodzaakt door een gebrek aan tapuiten op de Veluwe vroeg oud collega Herman van Oosten zich of populaties roodborsttapuiten in kalkrijk duin versus kalkarme heide meer inzicht geven in het oorzaken van het verdwijnen van de tapuit op de Veluwe. Zoals een goed onderzoeker houdt hij enige slagen om de arm, maar de data die hij voorlegt liegen niet: lager uitvlieggewicht, minder gevoerde rupsen en meer mieren wijzen allemaal op een slechtere voedselsituatie op de Veluwe vergeleken met het beter gebufferd duin.